Commandogestuurd zoeken
Bij het commandogestuurd zoeken geeft u de zoekopdracht in de commandoregel op.
De commandoregel verschijnt op het moment dat u een willekeurige toets aanslaat, of de toetscombinatie Ctrl-Alt-C geeft. Ook kunt u in het menu Beeld het vinkje voor Commandoregel neerzetten. De commandoregel kan worden weggehaald door het vinkje voor Commandoregel in menu Beeld weg te halen.
Structuur: | Z [<zoeksleutel>] <zoekterm> [<operator> [<zoeksleutel>] <zoekterm>] |
---|---|
Toelichting: | Er zijn in Pica3 dertig verschillende zoeksleutels beschikbaar, zoals bijvoorbeeld PPN, ISB, AUT, TSL en TRF. In deel B van deze handleiding komen alle zoeksleutels afzonderlijk aan de orde. Voor een overzicht van de aanwezige zoeksleutels: geef het commando 'Z' (zie ook par. 3.1). Het is mogelijk om op een door u zelf ingestelde default zoeksleutel te zoeken. Op deze manier kunt u het sleuteltype weglaten. Commando 'T PAR'. Bijvoorbeeld 'Z gescvanei'in plaats van 'Z TSL gescvanei'. Zie hoofdstuk 4 voor het instellen van een default zoeksleutel. <zoekterm> Dit is het woord, het nummer of de code waarop u zoekt. <operator> Beschikbaar zijn: EN, OF, NIET, AND, OR, NOT. Raadpleeg par. 2.2.3 voor informatie over zoeken met (Booleaanse) operatoren. |
Meerdere zoektermen: | Indien u met meerdere zoektermen van eenzelfde sleuteltype zoekt, hoeft het sleuteltype niet te worden herhaald! Bijvoorbeeld: Z AUT jansen,martin EN smit,victor Indien u met meerdere zoektermen van verschillende sleuteltype zoekt, dienen de sleuteltypes afzonderlijk te worden opgegeven. Bijvoorbeeld: Z AUT jansen,martin EN TSL jareveina |
Meerdere commando's: | U kunt meerdere commando's tegelijk opgeven in de commandoregel. De commando's worden 'op volgorde' gewerkt (van links naar rechts). Commando's moeten van elkaar gescheiden worden met een punt-komma (;). Voorbeeld: Z ISB 9080273910;T HA |
Voorbeeld: | Z AUT bruckner EN TSL ave ma Z AUT nietz? EN montinari Z COR ser |
Zoeken via het zoekmenu
Bij zoeken via het zoekmenu dient u als volgt te werk te gaan:
- Geef het commando:Z
>> Er verschijnt een scherm met zoeksleutels.
N.B. Welke zoeksleutels worden getoond is afhankelijk van de instelling van het userprofiel: u ziet hier alleen de sleutels die u werkelijk màg gebruiken! - Kies uit het sleuteloverzicht de gewenste zoeksleutel door de cursor op deze sleutel te plaatsen en vervolgens ENTER te geven of:
Dubbelclick op de gewenste sleutel.
>> Er verschijnt een venster waarin u uw zoekterm kunt intikken. - Geef in het venster uw zoekterm op (trunkeren en maskeren is toegestaan) en sluit af met ENTER.
>> Er wordt gezocht met het door u opgegeven zoekcommando.
Hulpmiddelen bij het zoeken
Trunkeren en maskeren
U kunt bij het zoeken in Pica3 gebruik maken van trunkeer- en maskeertechnieken.
Trunkeren
Toepassing: De betreffende term afsluiten met een vraagteken (?)
Voorbeeld: Z AUT brussa?
Z AUT vondel,j? EN tsl gysbvaae?
Bij trunkeren zoekt u met het begin van een woord.
U kunt trunkeren wanneer u twijfelt over de juiste schrijfwijze van bijvoorbeeld een persoonsnaam.
Bijvoorbeeld:
'Was het nu 'Brussaert', Brussaerd', 'Brussaart' of 'Brussaard'?'.
Commando: Z AUT Brussa?
Trunkeren is meestal alleen zinvol vanaf de vierde positie, anders duurt de zoekactie vaak te lang. Trunkeertekens kunnen binnen ��n zoekopdracht meerdere malen worden toegepast.
Trunkeren is dikwijls een nuttig hulpmiddel bij het zoeken op persoonsnamen. U kunt deze techniek toepassen wanneer u wilt differenti�ren met (een deel van) de voornaam.
Bijvoorbeeld: U zoekt naar een auteur waarvan u weet dat deze zowel onder de naam:
P. Thijs, Pieter Thijs, Pieter Hendrik Thijs als P.H. Thijs heeft gepubliceerd.
U kunt dit op twee manieren oplossen:
- Z AUT thijs
zoekt naar alle auteurs met de achternaam Thijs. - Z AUT thijs,p?
zoekt naar zowel P., Pieter, Pieter Hendrik als P.H. Thijs, maar ook naar bijv. Paul Thijs.
Mogelijkheid 2 is specifieker dan mogelijkheid 1 en zal u meer relevante titels opleveren!
N.B.:
Z AUT thijs,p Zoekt uitsluitend naar P. Thijs.
Z AUT thijs,pi? Zoekt wel naar Pieter en Pieter Hendrik Thijs, maar niet naar P. en P.P.H. Thijs
Z AUT thijs, (let op de komma) Zoekt uitsluitend naar de 'kale' naam Thijs, dus niet naar voornamen.
Z AUT thijs,? Zoekt naar Thijs; voorletters en/of voornamen kan alles zijn.
Z AUT thijs? Zoekt naar Thijse, Thijsse of Thijssen.
Maskeren
Toepassing: De betreffende letter(s) vervangen door een hekje (#).
Voorbeeld: Z TRF produ#tietechniek
Z AUT spa#n,g?
Door te maskeren geeft u aan dat op een bepaalde positie in de zoekterm in principe elk teken goed is. Dit kunt u doen als u twijfelt over het gebruik van bijvoorbeeld de letters 'c' of 'k' of de letters 'a'/'e'.
Bijvoorbeeld:
`Was het nu 'Brussaert' of Brussaart' ?'.
Commando: Z AUT Brussa#rt
Maskeren is meestal alleen zinvol vanaf de vierde positie, anders duurt de zoekactie vaak te lang. Maskeertekens kunnen binnen ��n zoekopdracht meerdere malen worden toegepast.
ADI
ADI staat voor 'Aanvullende Discriminerende Informatie'. U kunt gebruik maken van ADI om uw zoekresultaat te be�nvloeden.
U kunt de ADI-instellingen opvragen met het commando T ADI. Hierna verschijnt een regel met de actuele ADI-instellingen in de Meldingenbalk, bijvoorbeeld: REC T; MAT *; JVU 0/9999 (een toelichting op de instellingen volgt hieronder). U kunt uw default ADI-instellingen wijzigen met het commando M ADI. N.B.
Alhoewel het recordsoort geen ADI is, is toch besloten dit in de T ADI-melding op te nemen, omdat het recordsoort ook invloed heeft op het aantal hits / de omvang van het zoekresultaat.
Soorten ADI
Binnen het GGC en de NCC (zie noot 2) zijn er twee soorten ADI:
- materiaalcode (MAT)
- jaar van uitgave (JVU)
ADI | Materiaalcode |
---|---|
Commando: | MAT <materiaalcode> |
Toelichting: | <materiaalcode> In de NCC zijn beschikbaar:
|
Voorbeelden: | MAT t;Z TTI physics MAT m;Z AUT bach |
Noot 2: In ORS en OWC kunnen aanzienlijk meer verschillende ADI aanwezig zijn.
Adi | Jaar van uitgave |
---|---|
Commando: | JVU <jaar> Varianten: jaar/jaar periode (van <jaar> tot en met <jaar>) jaar-jaar (idem aan gebruik '/') <jaar jaar is kleiner of gelijk aan >jaar jaar is groter of gelijk aan |
Toelichting: | <jaar> Voor <jaar> geeft u een specifiek jaar of een periode op. |
Voorbeelden: | JVU 1995 JVU 1990/1995 (ook goed: JVU 1990-1995) JVU >1995 JVU <1995 |
ADI-toepassingen
Er zijn twee manieren om ADI toe te passen:
- Achteraf een selectie maken op jaar uit een eerder een verkregen zoekresultaat met het SEL- commando.
N.B. achteraf selecteren kan alleen op jaar! - Vooraf een zoekresultaat inperken.
A. Achteraf een selectie maken uit zoekresultaat
U kunt achteraf een selectie op jaar maken indien het verkregen zoekresultaat te groot is. U doet dit door te zoeken op het setnummer in combinatie met een verkleinende zoekactie op jaartal
Structuur: | Z [<setnr>] EN JVU <jaar>] |
---|---|
Toelichting: | <setnr> U kunt het setnummer opgeven waarbinnen u wilt selecteren. Indien geen set wordt opgegeven, wordt de actuele set genomen; de laatst gemaakte of laatst bekeken set. JVU <jaar> Voor invulling van <jaar>, zie hierboven bij uitleg van Jaar van uitgave. |
Voorbeelden: | Z S5 EN JVU 1990 Z S18 EN JVU 1990-1995 Z S19 EN JVU >1994 |
B. Vooraf een zoekresultaat inperken
U kunt vooraf een zoekresultaat beperken op materiaalsoort (MAT) en/of jaar van uitgave (JVU).
U gebruikt dan de ADI-instelling in combinatie met een zoekcommando, gescheiden door een punt-komma (;). De ADI dient dan voorafgaand aan het zoekcommando te worden opgegeven.
Het is ook mogelijk om de Booleaanse operator 'EN' te gebruiken. In dat geval maakt de volgorde van de twee zoekcommando's niet uit, maar het commando moet beginnen met 'Z'.
Het zoekresultaat van deze twee manieren is hetzelfde.
N.B. ADI kan niet worden gebruikt bij het zoeken op nummersleutels (NUM, ISB, CAT, etc.)
Structuur: | <ADI>;<zoekcommando> <zoekcommando> EN <ADI> Z <ADI> EN <zoeksleutel> <term> |
---|---|
Toelichting: | Indien u ';' gebruikt, dient de ADI voor het zoekcommando te worden opgegeven. Indien u de Booleaanse operator 'EN' gebruikt, maakt de volgorde van ADI en zoeksleutel + term geen verschil! |
Voorbeelden: | MAT a;Z AUT jansen,f JVU 1990;Z TSL dag? MAT b;JVU 1990/1996;Z AUT groot,f? Z JVU 1980-1990 EN COR ANWB |
N.B. Het herstellen van een beperking (met ADI) in een zoekvraag, gebeurt met het volgende commando:
RESET ADI [<nieuwe zoekvraag>]
Voorbeeld: reset adi; z aut hermans?
Zoeken met Booleaanse operatoren
U kunt bij het zoeken gebruik maken van logische of Booleaanse operatoren. Hiermee is het mogelijk zoeksleutels, zoektermen of sets te combineren, opdat er een verfijnder zoekresultaat kan worden verkregen.
Operatoren kunnen zowel in het Nederlands als in het Engels worden opgegeven. De te gebruiken operatoren zijn: EN, AND, OF, OR, NIET, NOT.
U kunt dus de volgende soorten combinaties maken:
- meerdere zoektermen van eenzelfde sleuteltype
- meerdere zoektermen van verschillende sleuteltypes
- zoektermen combineren met sets
- zoektermen combineren met ADI
- sets met elkaar combineren
Voorbeelden: Z AUT POLZER,H OF POLTZER,H
Z TTL CUCKOO EN AUT KESEY
Z S6 EN AUT JANSEN
Z S2 NOT S3
Z AUT SMITH EN JVU 1994-1995
Z AUT MOZART,W? EN MAT G
Het gebruik van ronde haken (()) maakt het mogelijk de volgorde van afhandeling te beïnvloeden: wat tussen haakjes staat, wordt als eerste afgehandeld.
Voorbeeld: Z TTI (LEUVENSE OF LEUVENSCHE) EN BIJDRAGEN
De Booleaanse operatoren worden door het systeem niet geïnterpreteerd als gewone zoektermen, tenzij u aanhalingstekens gebruikt om letterlijk te zoeken (zie ook par. 3.2).
Voorbeeld Z TTI PRINCIPLES OF ECONOMICS?
Z TTI "PRINCIPLES OF ECONOMICS?"
Het resultaat van de eerste zoekactie is 1573 treffers: alle tijdschrifttitels waar het woord 'principles', òf het woord 'economics' in voorkomt.
De tweede zoekactie levert slechts één treffer op: het tijdschrift 'Principles of economics series'.
Zoeken via de index (Scannen)
In Pica3 kunt u zoeken via de index. Dit wordt ook wel 'scannen' genoemd. Een index is, eenvoudig gesteld, een gesorteerde lijst van woorden, coderingen of getallen die elk verwijzen naar een record in de database.
Het Pica-systeem heeft meerdere indexen die worden gevormd volgens vastgestelde indexroutines. Het systeem zorgt ervoor dat de indexen direct worden bijgewerkt bij elke beschrijving die in de database wordt toegevoegd, gemuteerd of verwijderd.
Indexen zijn van groot belang voor het snel en goed kunnen zoeken. U gebruikt de indexen, zonder dat te merken, elke keer wanneer u zoekt. Met uw zoeksleutel geeft u aan welke index bij het zoeken wordt geraadpleegd.
In Pica3 is het mogelijk (en handig!) om bij het zoeken gebruik te maken van de mogelijkheid te scannen in de index en langs deze weg titels of ingangen op te sporen.
Scannen kan een bijzonder nuttig hulpmiddel zijn bij het zoeken, vooral wanneer u niet 100% zeker bent van de juistheid van een zoekterm.
Na het opgeven van het scan-commando krijgt u een indexoverzicht gepresenteerd dat begint met de door u opgegeven term. Indien de door u opgegeven term niet in de index voorkomt, komt u in de index terecht op de term die het meest op de door u opgegeven term lijkt.
In de index kunt u met de cursor bladeren.
Door met de muis op de button 'Indexoverzicht' te clicken, of Ctrl-2 te typen, keert u terug naar het indexoverzicht.
Nadat u een indexterm geselecteerd heeft, wordt door het systeem een zoekactie uitgevoerd. Deze is - evenals de reguliere zoekacties - terug te vinden in het geschiedenisscherm (commando 'g'). Daar ziet u de zoekactie terug als set, waarbij de geselecteerde indexterm door het systeem tussen aanhalingstekens (" ") is gezet.
Commando: | SCA |
---|---|
Structuur: | SCA [<zoeksleutel>] [<sleutelwoord>] |
Toelichting: | <zoeksleutel> Met de zoeksleutel specificeert u in welke index u wilt bladeren. Geeft u geen zoeksleutel op, dan neemt het systeem het sleuteltype dat in de parameters staat ingevuld als default-waarde. <sleutelwoord> U kunt hiermee aangeven vanaf welk woord (code, getal) u de index wilt raadplegen. De getoonde index zal beginnen met het indexwoord dat het dichtst bij het op gegeven sleutelwoord ligt. Een sleutelwoord mag onvolledig zijn en hoeft niet getrunkeerd te worden. |
Voorbeelden: | SCA COR nederlands SCA AUT pietersen SCA BCL 08 |
Ga als volgt te werk:
Voorbeeld: | Commando: |
---|---|
1. Scan in de persoonsnamenindex(trunkeren is niet nodig!) >>Indexoverzicht [PRS] bij elke term staat het aantal titels en ingangen vermeld, bijv. [ 133, 1] |
bijvoorbeeld: sca aut hermans,w hermans, w hermans, w a hermans, w b etc. |
2. Selecteer de juiste naam | (met cursor) |
3. Roep de titels op | (met ENTER) |
Relaties tussen beschrijvingen
Titelbeschrijvingen en ingangsbeschrijvingen kunnen aan elkaar of onderling zijn gerelateerd. Denk bijvoorbeeld aan de relaties die kunnen bestaan tussen:
- bredere en nauwere termen bij trefwoorden
- eigennamen en pseudoniemen bij auteurs
- auteursnamen en publicaties
- delen van meerdelige publicaties onderling
- delen van meerdelige publicaties met hun koepeltitel
Het is mogelijk om te zoeken naar beschrijvingen die zijn gerelateerd aan andere beschrijvingen. Via bijvoorbeeld de ingangsbeschrijving 'vestdijk,simon' kunt u alle hieraan gerelateerde titels opvragen.
Voor het zoeken op relaties zijn er twee commando's beschikbaar. Het commando REL geeft titels en ingangen die direct aan elkaar gerelateerd zijn.
Het commando http://www.oclcpica.org/?id=1300&ln=nl#familiecommando_242FAM geeft titels en ingangen die direct of indirect (met tussenniveaus) aan elkaar gerelateerd zijn.
Het zoeken van relaties tussen ingangen en titels gebeurt met het relatiecommando REL.
Voor het zoeken naar onderling gerelateerde titels (bijvoorbeeld titels uit een reeks of meerdelige publicatie) bestaat een ander, breder relatiecommando: het familiecommando http://www.oclcpica.org/?id=1300&ln=nl#familiecommando_242FAM.
Het relatiecommando
Commando: | REL |
---|---|
Structuur: | REL [<relatiesoort>] [<zoeksleutel>] [<zoekterm>] REL [<relatiesoort>] [<setnummer>] [<titelnummer>] |
Toelichting: | Relaties kunnen worden opgespoord:
|
Werkwijze: | van: naar: commando: 1. TITEL TITEL(S) rel 2. INGANG INGANG(EN) rel 3. INGANG TITEL(S) rel tt TITEL INGANG(EN) - kan niet!- |
Toelichting: | <relatiesoort> Hier kunt u invullen:
Geeft u de relatiesoort niet op, dan geeft het systeem standaard alle relaties die horen bij de door u opgegeven zoeksleutel/zoekterm. Wilt u vanaf een ingang naar de hieraan gerelateerde titels, dan moet u altijd expliciet 'TT' opgeven. <zoeksleutel> / <zoekterm> U kunt gerelateerde titels of ingangen opvragen vanuit de beschrijving die op het scherm staat of op basis van de titel die in het korte presentatie-scherm wordt aangewezen met de cursor. |
Voorbeelden: |
Het familiecommando
Onder familie wordt verstaan: een geheel van gerelateerde titels en/of ingangen, bijvoorbeeld:
- een meerdelige publicatie met gerelateerde delen,
- een serie met gerelateerde delen,
- een tijdschrift met gerelateerde artikelen,
- een corporatie met gerelateerde publicaties,
Het familiecommando kan niet worden toegepast op ingangsbeschrijvingen.
Structuur: | A F [<setnummer>] [<titelnummer>] B F PPN <ppn> |
---|---|
Toelichting A: | <setnummer> <titelnummer> U kunt een set specificeren waarvan u een familie wil ophalen. Indien u geen setnummer opgeeft, wordt de actuele set genomen. Dat is de set die het laatst gemaakt of bekeken is. U kunt de titel specificeren waarvan u de familie wil zien; indien u geen titel opgeeft, wordt de familie van de actuele titel opgehaald. Dat is de titel die het laatst gezocht of bekeken is. |
Voorbeelden: | F S1 10 F 7 |
Toelichting b: | <ppn> U kunt rechtstreeks de familie van een titel opzoeken door het PPN op te geven. |
Voorbeeld: | F PPN 854267484 |
De familieleden worden steeds in een set opgeslagen, gesorteerd op het nummer van de deelvermelding.